16 jun 2022
min. leestijd

GEMAK in hoofdletters met een sterke focus op vers, gezond én lokaal

De retail in Denemarken heeft veel overeenkomsten met de Nederlandse. Maar één van de grootste verschillen is, dat Denen een absolute voorkeur hebben voor lokale producten en meer moeite hebben met “nieuwe smaken”. De mate van gemak ligt hoog, maar wel met een sterke focus op vers, gezond én lokaal natuurlijk. Ondanks dat de branche nog ietwat traditioneel is zie je wel steeds meer innovatieve concepten ontstaan, zoals 7-Eleven en het Meat District.

Waar ze in Kopenhagen misschien wat kunnen leren van Nederland door iets meer te proberen en te ontdekken. En wij als Nederlanders kunnen weer leren van de keuze voor beleving en kwaliteit in combinatie met gemak.

Dat is de gezamenlijke conclusie tijdens van deze podcast over de reis van de FoodFocus Fresh-groep naar Kopenhagen. Host Fons Blomhert ging in gesprek met Margot Nammensma, oprichter/eigenaar Future Fresh en Marcel Maas, directeur bij Van Melik Food Group. Samen gingen zij in op (opvallende) dingen die zij hebben gezien en ervaren.

Innovatie om personeelstekort het hoofd te bieden

De reis startte direct met een innovatief concept, want op het vliegveld bracht de groep een bezoek aan de onbemande supermarkt 7-Eleven. Met een eigen creditkaart krijg je toegang tot de winkel. Verschillende camera’s en sensoren leggen vast met hoeveel mensen je naar binnen gaat en welke producten je pakt. Voordat je weer naar buiten gaat kan je op een scherm controleren of alles klopt en bij het verlaten van de winkel wordt er automatisch afgerekend. ‘Deze van origine Amerikaanse retailer richt zich ook echt op de digitale consument en is daarmee één van de eerste spelers in de Deense markt’, aldus Margot. Een praktische en technische oplossing. Zeker ook als je kijkt naar de problemen rondom het krijgen en behouden van personeel.

Lokaal, duurzaam én gezond met gemak

Denen zijn, net als Duitsers, meer bezig met duurzaamheid. ‘Zij denken met name over duurzaamheid en wij veel eerder bereid zijn om andere smaken te proberen’, zegt Margot. ‘Lokaal kopen en lokaal nuttigen is belangrijk voor Denen’. Daarbij kan je niet echt spreken van een inclusieve keuken in Denemarken. Lokale producten en de Deense cultuur zijn dus belangrijker. En dat zie je dan ook terug in de winkels. Net zoals de combinatie van gezond en gemak. Je ziet mooie verse maaltijden in de winkels, ook voor 2 personen. Allemaal voorzien van een productiedatum die maximaal 2 of 3 dagen voor de THT ligt. ‘Gezond en gemak is echt een ding, echt vers is meer regel dan uitzondering, en dat is mooi om te zien’, antwoordt Marcel als Fons vraagt naar verschillen met de Nederlandse retail.

Die stevige focus op gemak zie je ook terug op de winkelvloer. Zo zie je naast de to-go maaltijden ook veel maaltijdtassen, verse maaltijden en allerlei varianten daarop. De focus op gemak is voor een deel te verklaren door de hoge arbeidsparticipatie van de Deense vrouwen. Zo’n 95% van de vrouwen werkt. Tegelijkertijd is er wel de behoefte om gezond en lokaal te eten.

Het toppunt van gemak

In de winkel zie je ook steeds meer maaltijden die in de oven moeten in plaats van de magnetron. Of dit ook zou werken in Nederland waar iedereen steeds drukker wordt, minder tijd heeft en geen zin meer heeft om te koken is de vraag. In Nederland zijn we gewend om ’s avonds warm te eten. In Denemarken zie je juist veel koude kant en klare maaltijden liggen. ‘Koude maaltijden zijn het toppunt van gemak, als we in Nederland wat “tradities” los kunnen laten heeft het een kans en win je gemak’, geeft Marcel aan. Ook de ovenmaaltijden en het daarbij behorende gevoel van meer kwaliteit is ook iets waar wij in Nederland kunnen groeien. Maar we weten ook dat je een bepaalde rotatie nodig hebt om derving te voorkomen. En met een verspilling van zo’n 52%, volgens Too Good To Go, is dat iets om aandacht voor te hebben. Uiteindelijk is het in alles zoeken naar de juiste balans tussen kwaliteit, vers, gezond en duurzaamheid.

Bevroren prijzen

De prijzen in de retail in Denemarken liggen hoger dan in Nederland. Dat komt vooral door de hoge BTW. En iedereen, ook buiten Denemarken, heeft last van de onbalans in de wereld. Dat zie je terug in de prijs. Opvallend is dat veel retailers de prijzen van de 100 meest hardlopende producten hebben bevroren, ook al stijgt de inkoopprijs. Een mooi gebaar met als doel de binding met klanten te behouden. Margot: ‘Wij als foodleveranciers mopperen wel eens op de retail, maar nu namen zij ook een deel van de verantwoordelijkheid op zich. Persoonlijk vond ik dat een mooie geste’. Dat zal zeker het nodige kosten. Maar uiteindelijk hebben de retailer en producenten meer belang bij terugkerende klanten die hun boodschappen nog kunnen betalen.

Vers, verser, verst…

Zo vielen de winkels van Meny en Bilka op. Vooral door het vers aanbod, dat echt heel vers is. ‘Ik heb nergens, nooit zulk vers vlees gezien als bij Meny. Grote stukken met een bereidingswijzer. En superverse maaltijden met korte houdbaarheid’, horen we Marcel zeggen. Normaal knibbelt de productie en distributie iets weg van houdbaarheid. Het is dan ook wel interessant om te kijken hoe ze in Denemarken toch zo vers kunnen leveren. ‘Echt knap hoe ze dat voor elkaar krijgen’.

Ook zie je bij deze winkels terug dat het gaat om de beleving en het assortiment wordt aangepast op de locals. ‘Veel aparte schappen met aparte producten’, legt Margot uit. Een verschil met Nederland is dat veel van de take-away aan de voorkant van de winkels zit. Eat-in or take-out. Een verschil met Nederland waar wij de klanten de winkel in willen hebben en dus ook vaak de take-away in de winkel hebben. Het onbemande concept van 7-Eleven zie je verder niet terug in de retail. Volgens Marcel zijn er juist veel medewerkers te zien. ‘Bij Meny bijvoorbeeld zie je slagers en doet het personeel veel zelf’.

Een bonbon van geredde bananen

Het Meatpacking District is, in de verder ietwat traditionele retail, een innovatieve en inspirerende plek. Van vroeger uit ingedeeld in 3 kleuren, wit, grijs en bruin. Dit is door de kleuren van de huizen en om aan te geven waar het vee binnen komt, waar het geslacht wordt en waar het vlees verkocht wordt. Inmiddels is daar de kleur groen, het Green District, aan toegevoegd. ‘Jonge ondernemers werken hier samen aan innovatie. Niet als concurrenten maar als collega’s. Door kennis te delen en de verbinding te zoeken met de markt. Een mooie beweging vol energie en nieuwe ideeën.’, vertelt Margot. Het doel is om nieuwe ideeën naar een voor Denemarken nieuwe markt te brengen. Denk dan aan aparte snacks, een bonbon van geredde bananen, gefermenteerde producten en het gebruik van zeewier. Of dat gaat werken? Dat weet je nooit maar er is veel interesse vanuit de gastronomie voor deze beweging. De kunst is om dit commercieel succesvol te krijgen door over te kunnen gaan tot grote productie en verdere professionalisering. Innovatie heeft tijd nodig, maar het begint altijd met een idee en met de welwillendheid van producent en consument. En die stap is gezet in het Meatpacking District.

De kunst is om je te onderscheiden

In Kopenhagen zagen we dat de Deense retail zich met name richt op beleving in de winkel, gezondheid, duurzaamheid en gemak. De kunst is om je als retail te onderscheiden. En dat moet ook wel, want er zijn opvallend veel vierkante meters retail oppervlakte in Denemarken. Er zijn genoeg supermarkten om 10 miljoen klanten te bedienen, terwijl er ongeveer 5,8 miljoen inwoners zijn. Met het hoge BTW percentage en de online ontwikkelingen, is de concurrentie dan ook hoog. De macrotrends (o.a. beleving, gezondheid, duurzaamheid en gemak) hebben we ook vaak teruggezien, aldus Margot. En vooral gemak viel mij heel erg op, vult Marcel aan.

Wil je de podcast beluisteren? 

Meer berichten